Nadat de St. Martinus, tot dan toe de enige gebedsplaats, bij de kerkscheiding aan de hervormden was toegewezen, moesten de katholieken aanvankelijk verhuizen naar een kapel ter ere van alle heiligen in de Bornstraße 14.
De katholieke begraafplaats lag daar sinds 1610. De katholieke begraafplaats lag daar al sinds 1610. De katholieke kerk van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten werd in 1733 gebouwd. De bouw werd mogelijk gemaakt door een donatie van de Mainzer patriciërsfamilie Gedult von Jungenfeld, die de grond ter beschikking stelde. Het interieur is deels ingericht met meubilair uit andere christelijke heilige gebouwen. Zo heeft de kerk een hoogaltaar met vier zuilen uit de 17e eeuw. Aan de andere kant zijn houten figuren en een kruisbeeld in landelijke barokstijl waarschijnlijk speciaal voor het nieuwe gebouw gemaakt.
Ten noorden van het kerkgebouw ligt de begraafplaats, die van 1750 tot 1880 door de katholieken werd gebruikt. De katholieke schoolmeester woonde en gaf les in het naburige huis (Neustrasse 5) tot 1833.
Overigens: tot voor de Tweede Wereldoorlog was de kerk het eindpunt van een processie uit de omliggende dorpen. Op Schmerzensfreitag (vrijdag voor Palmzondag) maakten gelovigen een pelgrimstocht naar Wackernheim om hulde te brengen aan het relikwie, een deeltje van het kruis.